Tachyphonus
Het geslacht Tachyphonus omvat een groep middelgrote tangaren uit de familie Thraupidae, bekend om hun contrastrijke kleuren en levendige gedrag. Veel soorten worden gekenmerkt door de sterke tegenstelling tussen de donkere, vaak glanzende mannetjes en de warm gekleurde, kastanjebruine poppen. Ze bewonen bossen, bosranden, struikzones en halfopen habitats in grote delen van Midden- en vooral Zuid-Amerika.
In het wild bestaat hun dieet uit een combinatie van fruit, bessen, nectar en een aanzienlijke hoeveelheid insecten. In avicultuur vragen Tachyphonus-soorten dan ook om een gevarieerd aanbod van zachtvoer, fruitmengsels en voldoende dierlijk eiwit, vooral tijdens de kweekperiode. Hun soms territoriale aard maakt ruime, beplante volières en een rustige sociale samenstelling belangrijk. Zelf zijn het vrij kalme vogels die niet te agressief zijn naar andere soorten. Meerdere koppels van deze soort kunnen niet worden samengehouden.
Tachyphonus rufus © Chris Bejstrup
Mannetjes van Tachyphonus onderscheiden zich door hun diepe zwarte, donkerbruine of glanzende contrasterende kleuren, vaak gecombineerd met opvallend witte of rode accenten. Poppen zijn duidelijk anders gekleurd en tonen meestal warme bruin- tot kaneeltinten.
De nestbouw wordt voornamelijk door de pop uitgevoerd en bestaat doorgaans uit een compact nestje verborgen in dichte vegetatie. Beide ouders nemen meestal deel aan het voeren van de jongen.
In het wild komen deze tangaren voor in een brede waaier aan habitats, van laagland- tot bergbossen en van dichte struikzones tot halfopen landschappen. Het zijn sterke vogels die, mits droog en tochtvrij, vlot tegen de koudere Europese winters kunnen. Een warmtelamp of verwarmd nachthok maakt het hen wel makkelijker de winter goed door te komen.